Terug naar de Startpagina           geneaservice.nl

Bossche Schepenzegels       BR t/m BR

Mogelijk meer details in Taxandria 1899 blz. 99

85. Jonker Jan van BRECHT, heer van Hagoort, zoon van Gosewijn voornoemd (zie 84). Hij zag in 1523, 1526 en 1529 zich tot de schepenstoel geroepen, werd toen tot laagschout benoemd en volgde in 1535 Mr. Jan van Breugel Willemszn. (zie nr. 90) als hoogschout der stad en meyerij op, bij welke gelegenheid keizer Karel V beide ambten vereenigde. De hoogschout vertegenwoordigde de hertog, beeedigde in diens naam de schepenen en was het hoofd van justitie en politie in de stad en hare voormalige meyerij. In 1537 geraakte van Brecht met het stedelijk bestuur in een hoog lopend geschil over een van de privilegiën (zie Taxandria 1899, blz 99) Hij verwisselde het tijdelijke met het eeuwige 25 November 1558. Jonker Jan was in October 1540 te Brussel tot ridder geslagen. Hij was lid der Lieve-Vrouwe broederschap en had in huwelijk Elisabeth. Zijn zoon Jacob volgde hem 27 Juli 1558 als hoog-en laagschout op en mocht 30 Juli van het volgende jaar te Gent ook den ridderslag ontvangen. Bij de beeldenstorm in Augustus 1566 en later tijdens de woelingen der consistoriemannen deed zich jonker Jacob als een moedig en onversaagd man kennen

86. Jonker Gosewijn van BRECHT, ridder, heer van Hagoort, zoon van Jan voornoemd (zie nr. 85). Hij werd tot schepen benoemd in de jaren 1544, 1548, 1551, 1554, 1557, 1563, 1583, 1584 (president) en 1590. Hij was gehuwd met Geertruida van Bockhoven. Op 12 Mei 1559 kocht hij voor schepenen van 's-Hertogenbosch van Sebastiaan Withaen, alias Blancqock, het kasteeltje Kouwenberg onder Vught. Na zijn dood verkocht zijn dochter Margaretha, weduwe van heer Maximiliaan Lubert van Brederode, tevens optredende voor haar nicht Josina Maes, dochter van haar zuster, op 31 Maart 1609 dit goed aan Hendrik van der Aa Christiaanszn.

87. Jonker Arnold van BRECHT, schepen in 1579. Hij was mede een zoon van Jan en schijnt in 1580 overleden te zijn

88. Jonker Philips van BRECHT, heer van Hagoort, tot schepen benoemd in 1596 en 1599. Hij was een zoon van Jacob, bij wiens dood in laatst gemeld jaar hij hoog- en laagschout werd; welk ambt hij tot den overgang der stad aan de Staten der Vereenigde Nederlanden in 1629 bekleed heeft. Zijn benoeming door de aartshertogen Albertus en Isabella is gedateerd 12 November 1599

89. Mr. Jan van BREUGEL Willemszn., tot schepen benoemd in 1520 en 1537. Hij volgde 19 Maart 1531 Jan van Kessel als hoogschout op, legde vier jaar later zijn ambt neer en stierf 7 September 1542. Hij was gehuwd in 1503 met Elisa de Cock. Jonker Jan van Brecht (zie nr. 85) trad na hem als hoogschout op. Hij was lid der Lieve-Vrouwe broederschap en had van 1 October 1518 tot 1 October 1519 met Walraven Arentse het rentmeesterschap der stad waargenomen

90. Arnold van BREUGEL, schepen in 1576, 1577, 1582, 1583, 1586, 1589, 1590, 1597 president, 1600 en 1603. Hij was een zoon van Jan van Breugel Janszn. en Elisabeth van Teffelen. Bij een verklaring voor schepenen van 16 November 1580, aangaande de kloosterlingen van Tongerlo te 's-Hertogenbosch, treedt hij op als getuige en zegt bijna 48 jaar oud te zijn. Hij was 15 Augustus 1598 met Gijsbert van der Stegen, schepen en Mr. Willem van Reys, raadsheer en pensionaris, van wege de stad tegenwoordig bij de inhuldiging van aartshertog Albertus van Oostenrijk, in naam zijner aanstaande bruid Isabella Clara Eugenia Infante van Spanje te Brussel. Met van Reys vertegenwoordigde hij het volgende jaar weer de stad bij de plechtige inhuldiging der aartshertogen Albertus en Isabella op 24 November te Leuven. Hij was kerkmeester der St. Janskerk

91. Mr. Jan van BREUGEL, zoon van Arnold voornoemd. Hij zag 7 Mei 1573 te 's-Hertogenbosch het levenslicht en trouwde aldaar 28 Januari 1601 Johanna van de Water. Hij werd tot schepen benoemd in 1602, 1608, 1609, 1612, 1613, 1616, 1617, 1620, 1621, 1624 en 1625, in welk laatste jaar hij als president optrad. Hij was lid der Lieve-Vrouwe broederschap en overleed 27 Januari 1628

92. Mr. Albert van BREUGEL, schepen in 1611, 1614, 1615, 1618, 1623 en 1626. Bij zijn huwelijk met Wendelmondis Olifiers van Borckhuysen vereerden hem zijn medeschepenen, bij acte van 29 October 1616, een aam (vat) wijn op de bruiloft. Tijdens de belegering van de stad in 1629 benoemde de regering op 27 Juli een commissie om honderd duizend gulden op te nemen tegen 6,5% van de burgerij, ten einde het garnizoen te kunnen betalen. Mr. Albert behoorde tot die commisie. Hij was lid der Lieve-Vrouwe broederschap en ondertekende in 1642 als zoodanig de overeenkomst, waarbij in het vervolg ook protestanten tot de vereniging zouden worden toegelaten

93. Gijsbert van den BROECK, schepen in 1456. Hij stichtte bij testament van 19 Juni 1464 een gasthuis voor zeven arme mannen in de St. Jorisstraat. Dit schone voorbeeld van christelijke liefde volgde ook zijn dochter Agnes, welke bij uitersten wil van 16 Maart 1497 een dergelijke inrichting voor negen oude vrouwen tot stand bracht in de Beursestraat hij de Barbarakapel

94. Wouter van den BROECK, schepen in 1473. Blijkens een acte van 16 Juli 1479 was hij getrouwd met Helena Strick Dirksdr., welke in dat jaar schijnt overleden te zijn

95. Roelof (Rudolf) van den BROECK Nicolaaszn. Hij zag in 1501, 1510 en 1517 zich tot schepen benoemd, was Zwanebroeder der Lieve-Vrouwe broederschap en stierf in 1533

96. Gosewijn van den BROECK, schepen in 1506. Hij vermaakte bij uitersten wil een aanzienlijk bedrag aan het koor der H. Drievuldigheid (Backskoor) in de St. Janskerk. De Lieve-Vrouwe broederschap telde hem onder haar leden. Hij verwisselde het tijdelijke met het eeuwige in 1535


Terug naar de Startpagina
© R.Kuijsten 2002